Fraude bij beursgenoteerde ondernemingen

Anne Scheltema BeduinExtern nieuws, Kwesties, Nationaal, Organisatie

Amsterdam, 26 mei 2015 – Graag delen wij de speaking notes van voormalig voorzitter van TI-NL, Paul Arlman, tijdens de Zesde Diligentia Lezing van de Vereniging Effecten Bezitters van dinsdag 19 mei jl.

  1. Opening en welkom, in bijzonder voor Ruud Hermans van De Brauw en Marcel Pheijffer van Nijenrode en Leiden, de sprekers van vandaag, alsmede voor Arjen Tillema, tot voor kort partner bij Nauta en nieuwe Voorzitter van Transparency International Nederland.
  2. Het is voor mij als oudste lid van de Raad van Toezicht van de VEB een plezier U allen te ontvangen, met name ook omdat het onderwerp vandaag “Fraude” mij als recent afgetreden Voorzitter van TI-NL bijzonder interesseert. Als ex-waarnemend Commissaris van de Notering van de Amsterdamse Beurs ben ik natuurlijk voorstander van “onverwijld de markt informeren” zoals de uitnodiging het formuleert.
  1. Voor de VEB is dit onderwerp betrekkelijk nieuw; tot voor kort stelde de VEB geen vragen over fraude en corruptie noch over de compliance systemen van onze beursgenoteerde ondernemingen, hun klokkenluidersregelingen of de rol van hun audit committees in reputatie- en risico-management. Niet in de AVA’s, niet in de “selectieve contacten” met de leiding van ondernemingen.
  1. In interview met Kees van Lede in de NRC (*1) las ik “Als je klokkenluidersregelingen propageert, gaan de meldingen omhoog” en “Imtech is nu de meest cleane onderneming”. Naar mijn mening is een klokkenluider te beschouwen als het personeelslid die een goed idee heeft voor de ideeënbus. Ook het interne onderzoek waarop Van Lede trots blijkt te zijn, is niet steeds overtuigend voor de buitenwereld.

Een schokkend resultaat van recente Britse enquête: 40% van ondernemingen praat  helemaal niet over risico- en reputatiemanagement in het audit committee. Ik vind dat schokkend als ik mij herinner dat zelfs in een NGO als Plan International die ik voorzat het audit committee drie maal per jaar die onderwerpen diepgaand besprak.

  1. In de US zien we op dit terrein het “too big to fail” alsmede “too big to jail” fenomeen waarbij de aandeelhouders de soms gigantische boetes voor frauduleus of corruptief gedrag mogen betalen en senior management met platina handshakes soms het veld ruimt of vaker nog mag blijven zitten. De “deferred prosecution deals” zijn schering en inslag (*2,3) waarbij de rechter noch de publiciteit een rol speelt. Ook in Europa is er aandacht voor mogelijkheden van “negotiated settlements”. (*4)
  1. TI heeft daarover een duidelijke mening: een vergrote effectiviteit van het strafrecht wordt toegejuicht maar dat mag niet ten koste gaan van rechtsbeginselen noch verborgen worden achter schermen van geheimhouding m.a.w. rechterlijke goedkeuring en publicatie zijn toch wel het minste dat verwacht mag worden.
  1. TI heeft een tweetal bekende producten; de Corruption Perception Index die landen beoordeelt (Nederland in de top 10, door National Integrity Study van TI-NL in 2012 bevestigd) en de Bribe Payers Index die de integriteit van exporterend bedrijfsleven meet (Nederland in de top 2). (*5)

Dus er is niks aan de hand en TI-NL kan opgeheven worden? Was het maar zo, want 25% van Nederlandse en Duitse CEO’s zeggen over te gaan tot omkoping als ze daarmee een contract menen te krijgen. De lijst van Nederlandse bedrijven die zich schuldig maken aan buiten- maar ook binnenlandse corruptie is helaas  lang. TI gaat niet in op lopende zaken dus dat doe ik dan evenmin.

  1. Definitie van corruptie van TI is “abuse of entrusted power for personal gain”. Duidelijk moge zijn dat corruptie vanuit velerlei perspectief een slechte zaak is: het recht is eenduidig want het mag niet, het leidt tot economische slechte beslissingen, tot irrationale besluiten, sociaal impliceert het overdragen van middelen van arm naar rijk en politiek gezien leidt het tot frustratie van burgers. Helpt dat alles niet, zo stel ik tegenover het bedrijfsleven, dan is er nog uw eigenbelang. Dat laatste argument leidt doorgaans tot intense belangstelling.
  1. De FCPA – dank aan Prins Bernhard – is al oud (Church Committee 1977, gevolgd door OECD code) maar de toepassing vandaag de dag liegt er niet om: 8 van de 10 hoogste boetes werden uitgedeeld aan niet-Amerikaanse bedrijven (*6). De banden met de Amerikaanse economie en jurisdictie kunnen uiterst dun of vergezocht zijn, “ne bis in idem” telt niet al zijn er nu deals over de Atlantische oceaan heen tussen OvJ. Ook het VK en China hebben dergelijke wetgeving.
  1. Een aanzienlijk deel van Amerikaanse ondernemingen bleek de eigen wetgeving tegen corruptie slecht te kennen dus dat behoudens de top 20 of zo, het overgrote deel van het Nederlandse of Europese bedrijfsleven de bedreigingen van de FCPA niet kent of zwaar onderschat, kan niet verbazen. Daar ligt een schone taak voor TI NL. Is het tegen die achtergrond niet een idee als uw firma of instelling alsmede u zelf lid wordt van TI-NL ?
  1. In de VPRO gids stond deze week: “Voor een advocaat is steevast en onverbloemd de waarheid vertellen een serieuze vorm van arbeidsongeschiktheid”. Toch zou ik de advocaten onder u willen suggereren ten aanzien van corruptie die duidelijkheid t.o.v. uw cliënten wel te hanteren. Interessant te lezen dat in een recente zaak een Amerikaanse rechter zodanig werd bedolven onder bedrukt papier van de advocaten dat hij de opdracht gaf de zaken sterk  te vereenvoudigen , toevoegend “Failure to comply may result in sanctions”  en citerend uit een vonnis waarin sprake was van  “labyrinthian prolixity of unrelated and vituperative charges that defy comprehension” (*7).
  1. Voordat ik door u daarvan beschuldigd kan worden eindig ik graag met een citaat uit de oratie van Sjoerd Eisma hetwelk van toepassing was op zijn onderwerp van ”Selectieve contacten” op het Investor Relations terrein maar evenzeer gebruikt mag en naar mijn mening moet worden bij fraude- en corruptiezaken: “Niet alleen van belang dat de werkelijkheid deugdzaam is maar ook dat de schijn van “Unfug” vermeden wordt”.(*8)
  1. Ik wens u een inhoudelijke middag toe met veel debat, nu geef ik het woord gaarne aan mijn naamgenoot Coenen.

 

*Noten:

1. NRC weekend 16/17 mei 2015, FT van 16 mei over Deloitte onderzoek.

2. “Too big to jail, how prosecutors compromise with corporations” van Brandon L. Garrett

3. “Should some bankers be prosecuted?” van Frank Portnoy in de november  10, 2011 NYRoB

4. “Private remedies for corruption; towards an international framework” dissertatie Erasmus universiteit 2012 van Dr Abiola makinwa. “Negotiated settlements for corruption offences, a European perspective”, edited by Dr Makinwa.

5. zie www.transparency.org en www.transparency.nl

6. zie www.sec.gov

7. Prezzi v. Schelter, 2nd Cir. 1972

8. “Investor relations”, oratie Leiden juni 1998.