Trafigura

Klokkenluider in de SBM zaak voor de rechter

Anne Scheltema BeduinFeature, Internationaal, Kwesties, Media, Nationaal, News, Nieuws

Amsterdam, 7 oktober 2015 – Vandaag was de eerste inhoudelijke behandeling van de rechtszaak die SBM Offshore 7 juli startte tegen Jonathan Taylor, voormalig juridisch medewerker van het bedrijf. Eerder berichtte TI-NL al over de transactie die SBM Offshore heeft getroffen met het OM, vanwege ongeoorloofde betalingen aan handelsagenten en buitenlandse overheidsfunctionarissen in Equatoriaal Guinee, Angola en Brazilië in de periode van 2007 tot en met 2011. Die betalingen leverden volgens het OM ambtelijke en niet-ambtelijke omkoping alsmede valsheid in geschrifte op.

Volgens Taylor ging het echter niet om incidenten, maar was er binnen het bedrijf sprake van systematische corruptie. Door de schikking zijn volgens hem deze feiten nooit boven water gekomen. SBM Offshore beschuldigt Taylor van chantage: hij zou in ruil voor een substantieel bedrag zijn mond gehouden hebben over de corruptie kwestie. Taylor ontkent dit: volgens hem betrof dit enkel een heronderhandeling van de ontslagregeling die hem door SBM was geboden. SBM eist in de rechtszaak in Rotterdam rectificatie van de beschuldigingen van Taylor via een paginagrote advertentie in de Financial Times en een schadevergoeding van 500.000 euro. Tot slot vraagt SBM de rechtbank te beslissen dat Taylor op last van een dwangsom nooit meer over SBM Offshore zal mogen praten.

Taylor bracht gisteren een persbericht uit, waarin hij ingaat op de rechtszaak. Hij vindt dat SBM hiermee tracht “to silence the whistle-blower (…) [and] to whitewash its criminal activities through this civil case against me.” U leest hier het volledige persbericht van Taylor: Press Release Jonathan Taylor.

SLAPP cases

In Angelsaksische landen worden rechtszaken tegen klokkenluiders en mensen die kritiek uiten op grote bedrijven vaak omschreven als zogenaamde SLAPP cases, Strategic lawsuit against public participation. Het betreffen over het algemeen zaken van machtige kapitaalkrachtige partijen tegen een eenling. Dit soort zaken hebben het doel om criticasters van bepaalde praktijken te censureren, intimideren en uiteindelijk het zwijgen op te leggen door hen te overstelpen met kosten die onmogelijk door een individu te dragen zijn. Het winnen van de zaak is van secundair belang.

Bij dergelijke zaken is het lastig is onderscheid te maken tussen legitieme claims en claims die misbruik maken van bestaande machtsverhoudingen. In Amerika is het mogelijk de rechter te vragen vast te stellen dat het om een SLAPP aanklacht gaat, waardoor een onafhankelijke instantie die vraag moet beantwoorden. In Nederland zou men kunnen denken aan het inroepen van de misbruik van bevoegdheid bepaling van artikel 3:13 BW. Een bevoegdheid wordt misbruikt indien a) het doel slechts is een ander te schaden, b) een ander doel wordt gediend dan waartoe de bevoegdheid is gegeven en c) er sprake is van een onevenredigheid tussen de aan de orde zijnde belangen.

Een Amerikaans voorbeeld van een dergelijke zaak is verfilmd in Big Boys Gone Bananas!*, een documentaire die vorig jaar op het Fraude Film Festival werd vertoond. In die film wordt een filmmaker die een documentaire (Bananas!*) gemaakt had over een zaak van 12 Nicaraguaanse arbeiders tegen bananenproducent ‘Dole’, zelf aangeklaagd door het bedrijf vanwege laster. Dole gebruikte die rechtszaak, maar ook andere intimiderende tactieken tegen de filmmaker. Deze tactieken worden in de documentaire uitvoerig in beeld gebracht. 

Een ander bekend voorbeeld, Brits ditmaal en ook verfilmd (McLibel), is de zaak van McDonalds tegen twee milieuactivisten, de heren Steel en Morris, over een kritisch pamflet. Deze Britse zaak heeft uiteindelijk 10 jaar geduurd en resulteerde in een schadevergoeding voor McDonalds van 40.000 pond (nooit door McDonalds geïnt). Bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens werd het Verenigd Koninkrijk op de vingers getikt (57.000 pond), omdat:

in a democratic society even small and informal campaign groups, such as London Greenpeace, must be able to carry on their activities effectively and that there exists a strong public interest in enabling such groups and individuals outside the mainstream to contribute to the public debate by disseminating information and ideas on matters of general public interest such as health and the environment. (…) The safeguard afforded by Article 10 to journalists in relation to reporting on issues of general interest is subject to the proviso that they act in good faith in order to provide accurate and reliable information in accordance with the ethics of journalism (…), and the same principle must apply to others who engage in public debate. (…) It is true that large public companies inevitably and knowingly lay themselves open to close scrutiny of their acts and, as in the case of the businessmen and women who manage them, the limits of acceptable criticism are wider in the case of such companies. (paras. 89, 90 en 94)

Een samenhangend verschijnsel is het zogenaamde chilling effect, bekend van aanklachten tegen journalisten. Dit ontmoedigen van bepaald gedrag door (het dreigen met) juridische sanctionering, heeft niet alleen een afschrikwekkend effect op diegenen die mogelijk juridische gevolgen zullen ondervinden, maar ook anderen die hierdoor niet eens meer zullen overwegen bepaalde zaken aan het licht te brengen.

Schikkingen

Eerder verscheen op deze website een bijdrage over het al dan niet openbaar maken van schikkingen in grote zaken. Daar werd onder andere gesproken over het artikel “Grote strafzaken niet schikken“, van Geert Corstens, waarin hij het recht van de burger bepleit te weten waarom een hoge boete wordt opgelegd.

TI-NL meent dat schikkingen lang niet altijd de beste oplossing zijn: soms moet een zaak volledig uitgeprocedeerd worden om alle feiten boven tafel te krijgen en als voorbeeldfunctie te dienen. Als geschikt wordt, zouden tenminste de schikkingsovereenkomsten openbaar gemaakt moeten worden in Nederland. Op die manier wordt de maatschappij op de hoogte gesteld van de feiten en kunnen lessen voor de toekomst geleerd worden. Ook in het kader van een level playing field is het van belang dat Nederland zich duidelijk uitspreekt tegen corruptie en bedrijven laat weten waar zij aan toe zijn.

Klokkenluiders

Momenteel wordt in de Eerste Kamer het wetsvoorstel Huis voor Klokkenluiders behandeld. Deze nieuwe wet beoogt klokkenluiders te beschermen en misstanden op te lossen. Het Huis kan naast adviseren ook onafhankelijk onderzoek doen, waardoor problemen moeten worden opgelost. Fraude en bedreigingen van de veiligheid, milieu en gezondheid kunnen op die manier worden voorkomen.

Ook draagt een cultuur van veilig melden bij aan beter bestuur, waarin verantwoordelijken worden gedwongen hun verantwoordelijkheid te nemen. Hierdoor kan het vertrouwen van mensen in het bestuur worden vergroot. Organisaties en bedrijven (met meer dan 50 werknemers) worden verplicht een interne regeling op te stellen voor het melden van misstanden. Ook kan er advies worden ingewonnen bij het Huis voor Klokkenluiders en wordt er gekeken naar de manier waarop een klokkenluider is behandeld.

Ondanks het feit dat TI-NL het doel van het wetsvoorstel – betere bescherming van klokkenluiders – toejuicht, zijn er nog flink wat zorgpunten en aanbevelingen ten aanzien van de initiatiefwet. Via deze link vindt u meer informatie over de kritiek van TI-NL ten aanzien van het wetsvoorstel Huis voor Klokkenluiders.