Exporting

Exporting Corruption 2018: nog steeds te weinig handhaving in Nederland

Lotte RooijendijkAlgemeen, Corruptie, Feature, Internationaal, Nationaal, News, Nieuws, Onderzoeken, Press Release, Publicaties

Amsterdam, 12 september 2018 – Uit de nieuwe editie van Exporting Corruption van Transparency International blijkt dat ’s werelds grootste exporterende landen falen om bedrijven, betrokken bij buitenlandse omkoping, te straffen. In het rapport worden landen beoordeeld op basis van hun handhaving tegen buitenlandse omkoping in het kader van de Anti-Bribery Convention van de OESO. De onderzoeksresultaten van Exporting Corruption 2018 laten zien dat Nederland slechts beperkt handhaaft bij buitenlandse omkoping.

Het rapport constateert dat slechts 7 van de 44 beoordeelde rechtsgebieden actieve handhaving uitvoeren tegen bedrijven verwikkeld in buitenlandse omkoping. Nederland staat niet in dit rijtje maar behoort tot de landen die slechts beperkt handhaven tegen bedrijven die in het buitenland omkopen.

Onderzoeken en zaken in Nederland

In 2012 hebben de Nederlandse autoriteiten een schikking getroffen van €17,5 miljoen met Ballast Nedam voor het omkopen van buitenlandse agenten. Een jaar daarna werd geschikt met KPMG, de toenmalige accountant van het bouwbedrijf, voor het verhullen van steekpenningen in de boekhouding.

Nederland heeft in de periode 2014-2017 ten minste zeven onderzoeken geopend, twee zaken aanhangig gemaakt en vier zaken met schikkingen afgehandeld, waaronder drie grote buitenlandse omkopingszaken:

  1. SBM Offshore – $240 miljoen
  2. VimpelCom – $397,5 miljoen
  3. Telia Company – $274 miljoen

In 2016 werd een rechtszaak (bij verstek) gevoerd die betrekking had op aanklachten tegen Takilant Ltd, een in Gibraltar geregistreerde brievenbusmaatschappij. Takilant werd beschuldigd van het ontvangen van betalingen van meer dan €300 miljoen van VimpelCom en Telia Company AB om hun Oezbeekse dochterondernemingen, Unitel en Ucell in staat te stellen vergunningen te verkrijgen om op de lokale markt voor mobiele telefonie te opereren. In 2016 heeft de rechtbank Amsterdam Takilant schuldig bevonden aan medeplichtigheid van passieve omkoping en veroordeelde het tot een geldboete van € 1,58 miljoen en beval hij de strafrechtelijke verbeurdverklaring van 1.080 aandelen op naam en verbeurde opbrengsten van misdrijven van €123 miljoen.

De Nederlandse fiscale informatie- en onderzoeksdienst (FIOD) startte in 2016 een onderzoek naar ING Bank NV op verdenking van het faciliteren van internationale corruptie en het witwassen van geld. De bank wordt ervan verdacht niet tijdig melding te hebben gemaakt van ongebruikelijke transacties door VimpelCom en Telia Company AB voor betalingen aan de bankrekeningen van Takilant. Vorige week heeft het Openbaar Ministerie (OM) bekend gemaakt dat in het kader van ‘ernstige nalatigheden bij het voorkomen van witwassen’ een transactie is gesloten met ING ter waarde van €775 miljoen.

In 2017 bood het OM verder een schikking aan EY wegens het niet melden van ongebruikelijke transacties van VimpelCom. EY wees dit aanbod af en werd opgeroepen om in een strafzaak te verschijnen voor de rechtbank in Amsterdam.

Recente ontwikkelingen in Nederland

Sinds 2015 zijn er belangrijke verbeteringen geweest op het gebied van handhaving in Nederland. Sinds 2016 is jaarlijks €20 miljoen extra beschikbaar gesteld aan Nederlandse handhavingsinstanties voor corruptiebestrijding. Rond 2020 zal de schatkist naar verwachting jaarlijks €80 miljoen aan boetes en confiscaties ontvangen. Daarnaast heeft de Eerste Kamer de Wet Huis voor Klokkenluiders aangenomen, die in 2016 in werking is getreden en mensen zou moeten aanmoedigen misstanden zoals corruptie en fraude te melden.

De onthullingen rondom de Panama Papers hebben het publieke bewustzijn vergroot dat Nederlandse lege vennootschappen een risico vormen voor de financiële integriteit van Nederland, vooral vanwege hun rol in agressieve belastingplanning. Ook is er bij de openbaar aanklager meer aandacht voor de rol van dienstverleners bij het faciliteren van buitenlandse omkoping (customer due diligence) en inspanningen om de transparantie bij schikkingsprocedures te vergroten, iets wat momenteel nog ontbreekt.

Onvolkomenheden in het wettelijk kader

Tot op heden is er in Nederland slechts één individu vervolgd in een buitenlandse omkopingszaak. De belangrijkste reden hiervoor is dat er wettelijke beperkingen gelden voor de vervolging van buitenlandse personen in dienst bij Nederlandse bedrijven die hun misdaden buiten Nederland hebben gepleegd. Verder wordt het schikkingsbeleid ondermijnd door een gebrek aan transparantie en een gebrek aan onafhankelijke toetsing. Bovendien zorgt het ontbreken van duidelijkheid in de wet over welke schikkingsvoorwaarden mogelijk en te verwachten zijn, ervoor dat schikkingsvoorwaarden nauwelijks te handhaven zijn.

Ook zijn er geen duidelijke regels om verbeurde bedragen van corruptieopbrengsten terug te geven aan het land of de gedupeerden waarvan het werd gestolen. Tenslotte is er in het kader van de vierde anti-witwasrichtlijn en de rol van Nederlandse dienstverleners bij het faciliteren van buitenlandse omkoping, nog steeds geen register van uiteindelijke belanghebbenden (UBO-register).

Ontoereikendheid handhavingssysteem

Ondanks dat de middelen voor handhaving aanzienlijk zijn toegenomen, valt nog te bezien of het rechtssysteem in staat is om op effectieve wijze volledige processen tegen grotere Nederlandse bedrijven uit te voeren. Tot 2017 was de enige buitenlandse omkopingszaak die ooit voor de rechtbank werd gebracht die tegen Takilant Ltd, en zelf niet verscheen bij de rechtszitting.

Hoewel de recente Wet Huis voor Klokkenluiders voorschrijft dat bedrijven met meer dan 50 werknemers een beleid moeten voeren om klokkenluiders te beschermen tegen vergelding, stelt het geen adequate normen vast voor deze regeling. Uit een onderzoek van het Huis voor Klokkenluiders in 2017 bleek dat de helft van de onderzochte Nederlandse bedrijven niet voldeden aan de wettelijke vereiste van een intern klokkenluidersbeleid. Dit werd bevestigd door TI-NL’s onderzoeksrapport Whistleblowing Frameworks naar de kwaliteit van het klokkenluidersbeleid bij beursgenoteerde bedrijven in Nederland.

In het bedrijfsleven heerst een gebrek aan aandacht voor de bewustwording van corruptie als een apart focuspunt, vooral onder het MKB. Een breed, overkoepelend inzicht in de risico’s en implicaties van corruptie en de negatieve impact ervan op mensenrechten en het milieu ontbreekt binnen het overheidsbeleid.

Aanbevelingen aan de Nederlandse overheid

  1. Evalueer en verbeter de bescherming voor melders van misstanden.
  2. Implementeer de vierde anti-witwasrichtlijn van de EU, inclusief het UBO-register.
  3. Ontwikkel een beter beleid inzake schikkingen met aandacht voor asset recovery en de rol van gedupeerden.
  4. Verhoog het aantal zaken betreffende buitenlandse omkoping met daadwerkelijke vervolging en voer een volledige rechtszaak uit tegen één of meer personen of bedrijven die verantwoordelijk zijn voor actieve buitenlandse omkoping.
  5. Vergroot de rechtsbevoegdheid over buitenlanders in dienst van Nederlandse bedrijven betrokken bij buitenlandse omkoping.
  6. Bewustmaking van met name kleine- en middelgrote ondernemingen over hun mogelijke rol bij buitenlandse omkoping en de gevolgen daarvan.

Methodologie Exporting Corruption

Dit is het twaalfde rapport Exporting Corruption van Transparency International (TI). Het werd geproduceerd door het secretariaat van Transparency International (TI-S) in Berlijn, in samenwerking met nationale afdelingen en experts in 41 OESO-landen, evenals China, Hongkong, India en Singapore.

Landen krijgen een score toegewezen op basis van handhavingsprestaties in verschillende stadia, d.w.z. het aantal gestarte onderzoeken, het aantal geopende zaken (beschuldigingen) en het aantal afgehandelde zaken met sancties over een periode van vier jaar (2014-2017). Op basis van deze data en het aandeel van de landen in de wereldexport worden ze onderverdeeld in een van de vier handhavingscategorieën: “Actief”, “Matig”, “Beperkt” en “Weinig of Geen” handhaving.

Download hier het gehele rapport.

Beluister hier het interview bij BNR naar aanleiding van de onderzoeksresultaten.