Amsterdam, 20 oktober 2023 – GRECO, de anti-corruptiewaakhond van de Raad van Europa, komt met het tweede nalevingsrapport voor Nederland naar aanleiding van haar vijfde evaluatieronde. In het eerste nalevingsrapport uit 2021 bleek dat Nederland geen enkele aanbeveling volledig had overgenomen. In 2023 heeft Nederland enige vooruitgang geboekt, maar negen aanbeveling blijven deels of helemaal niet geïmplementeerd. Zo moet het contact tussen lobbyisten en ministers en staatssecretarissen onderhevig worden aan regels.
De Group of States against Corruption (GRECO) is een orgaan dat in 1999 door de Raad van Europa (RvE) is opgericht om gezamenlijk het gevecht tegen corruptie aan te gaan. Aan de hand van verschillende evaluatierondes beoordelen lidstaten van de RvE elkaar onderling op naleving van de gestelde anti-corruptie standaarden. In 2017 ging de vijfde evaluatieronde van start met een focus op het tegengaan van corruptie en het promoten van integriteit onder bewindspersonen en wetshandhavende autoriteiten. Naar aanleiding van de evaluatie van Nederland op deze thema’s kwam GRECO in 2018 met zestien aanbevelingen, waarvan in 2021 geen enkele voldoende geïmplementeerd bleek.
Het tweede nalevingsrapport van GRECO
De rapporteurs uit Noorwegen en Servië constateren in het tweede nalevingsrapport een voorzichtige verbetering. Ten opzichte van 2021 is er een duidelijke verbetering in de richting van de aanbevelingen zichtbaar. Nederland scoort nu op zeven aanbevelingen voldoende, negen aanbevelingen zijn nog steeds deels of niet geïmplementeerd. Volgens het tweede nalevingsrapport is van de acht aanbevelingen gericht aan de Nederlandse regering slechts aanbeveling vijf (v) voldoende geïmplementeerd. De nieuwe gedragscode voor bewindspersonen voorziet namelijk, in lijn met de aanbeveling, in de verplichting een ontstane situatie van belangenverstrengeling ad hoc te melden. Verder zijn vijf aanbevelingen deels geïmplementeerd, en twee niet geïmplementeerd. Transparency International Nederland (Transparency) licht de belangrijkste onderdelen delen van het rapport uit.
Contact tussen bewindspersonen en lobbyisten
Uit de evaluatie van aanbeveling vier (iv) blijkt dat GRECO nog niet tevreden is over de regels omtrent het contact tussen bewindspersonen en lobbyisten. Het rapport stelt dat de openbare agenda’s van bewindspersonen en de lobbyparagraaf stappen in de goede richting zijn. Echter achten zij heldere regels en richtlijnen noodzakelijk om op dit punt voldoende te scoren. Demissionair minister de Jonge van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) stelt in een reactie dan ook dat er vooruitgang gemaakt is op dit punt. Naar aanleiding van het onderzoeksrapport Afwegingskader legitieme belangenvertegenwoordiging heeft het kabinet besloten in te zetten op openbaring van agenda’s en de lobbyparagraaf. In 2024 wordt geëvalueerd of deze inzet het gewenste effect sorteert. Mocht dit niet zo zijn dan wordt een ontwikkelingstraject voor een lobbyregister overwogen.
In een commissiedebat Integriteit openbaar bestuur werd eerder dit jaar al gedebatteerd over de keuze van het kabinet om in te zetten op openbaring van agenda’s en de lobbyparagraaf. Naar aanleiding van moties van de Kamerleden Dassen en Omtzigt is namelijk sinds 2021 een Kamermeerderheid vóór het invoeren van een verplicht lobbyregister. Hanke Bruins Slot – voorganger van de Jonge bij BZK – stelde destijds dat de gedachte achter die moties voldoende werd uitgevoerd door de kabinetsplannen. Daarbij zou het definiëren van een lobbyist, een voorwaarde voor het invoeren van een verplicht register, volgens de voormalige minister van BZK leiden tot een beperkte toegang tot de overheid. Verschillende Kamerleden riepen in het debat desondanks op om door te pakken met het invoeren van een verplicht lobbyregister, in navolging van de aangenomen moties.
De afkoelperiode voor bewindspersonen
In aanbeveling zes (vi) adviseerde GRECO om regels te introduceren voor bewindspersonen om het aannemen van functies in de private sector na de ambtstermijn aan banden te leggen. De Wet gewezen bewindspersonen, welke ter consultatie bij de Raad van State ligt, voorziet hier in. Oud-bewindspersonen zijn onder deze wet verplicht een advies te vragen aan het onafhankelijk Adviescollege rechtsregels politieke ambtsdragers gedurende een periode van twee jaar na het einde van de ambtstermijn. Dit geldt voor banen als bestuurder of lobbyist in de private sector, bij een zorgverzekeraar of bij een uitvoerder van de Wet langdurige zorg. Echter is het voorstel nog niet daadwerkelijk vastgelegd in de wet. Derhalve wordt deze aanbeveling als deels geïmplementeerd beschouwd. GRECO ziet daarbij aanvullend ook graag dat de wet wordt uitgebreid naar politieke assistenten van bewindspersonen.
Aanbevelingen Transparency
De publicatie van de agenda’s van bewindspersonen en de lobbyparagraaf zijn, mits goed uitgevoerd, stappen in de goede richting. Er zijn echter nog aanvullende stappen nodig om de implementatie van de aanbevelingen af te ronden. In het rapport ‘Lifting the Lid on Lobbying‘ doet Transparency dan ook de aanbeveling om de lobbyparagraaf een wettelijke verplichting te maken én een verplicht lobbyregister in te voeren. Daarbij ziet Transparency graag een wettelijke gedragscode voor het contact tussen publieke ambtsbekleders en lobbyisten. Dit alles moet passen binnen een Rijksbrede integriteitsstrategie onder toezicht van een onafhankelijk orgaan met duidelijke handhavingsmogelijkheden. Deze maatregelen zijn volgens Transparency een volgende stap in het voldoende implementeren van aanbeveling vier (iv) van GRECO.
Wanneer er gekeken wordt naar aanbeveling zes (vi) is de Wet gewezen bewindspersonen óók een stap in de goede richting. Het kabinet heeft de aanbeveling van Transparency om een afkoelperiode van twee jaar voor bewindspersonen in te stellen overgenomen in het wetsvoorstel. Transparancy wijst wel op de noodzaak om een afkoelperiode voor Tweede Kamerleden in te voeren. Aangezien de evaluatieronde van GRECO zich op bewindspersonen richt, is het echter logisch dat parlementsleden buiten beschouwing zijn gebleven. Daarbij acht Transparency het van belang dat er effectieve handhaving van de regels komt. De adviezen van het Adviescollege rechtsregels politieke ambtsdragers moeten daarvoor een bindend karakter krijgen. Zoals eerder aangegeven beschouwt Transparency het mechanisme van naming and shaming als onvoldoende effectief. Duidelijke en afdwingbare regels zijn het uitgangspunt om integriteit in het politieke bestuur te waarborgen.
Wil jij TI-NL ondersteunen in haar strijd voor klokkenluidersbescherming, politieke integriteit en een samenleving vrij van corruptie? Word dan lid, of steun ons via een donatie: