solidariteit

Behoefte aan solidariteit met Oekraïners

Lotte RooijendijkAlgemeen, Europees, Extern nieuws, Internationaal, Media, Nieuws, Opinie

Amsterdam, 1 maart 2016 – Over een maand heeft de Nederlandse burger de kans zich uit te spreken voor of tegen de ratificatie van het associatieverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie. Na een periode van verwarring tussen feit en fictie, lijkt de lijn der standpunten van de voor- en tegenstanders eindelijk wat duidelijker te worden. 

De voorstanders benadrukken de politieke en sociale hervorming en modernisering van Oekraïne, met aandacht voor mensenrechten, corruptiebestrijding, versterking van democratische structuren, meer transparantie en armoedebestrijding die het verdrag met zich meebrengt. Het nee-kamp is tegen het verdrag vanwege de burgeroorlog, de instabiele samenleving en de grote mate van corruptie in Oekraïne, maar ook de uitbreidingsdrift van de EU naar het “armoedige en ondemocratische Oosten.” Onder de tegenstanders heerst het devies: ‘Red de democratie’ en lijkt inleving en solidariteit met Oekraïners die verlangen naar democratische waarden geheel te ontbreken.

Veto op verdrag ver van democratische waarden

Het referendum op 6 april gaat over veel meer dan enkel de goedkeuring van de associatieovereenkomst tussen Oekraïne en de EU. Het verdrag stelt de vraag of een land zelf haar ontwikkelingstraject mag kiezen. Oekraïne doorstaat momenteel de moeilijkste periode in haar vijfentwintig jaar onafhankelijkheid. De huidige ontwikkelingen in Oekraïne demonstreren dat het democratisch functioneren van de jonge, onafhankelijke staat breedvoerige verbetering vereist. Oekraïne heeft het associatieverdrag met de EU gesloten om de eigen democratie te versterken. De overeenkomst betekent echter niet dat Oekraïne een kandidaat-lid van de Europese Unie wordt. Dat komt evenmin dichterbij als resultaat van het associatieverdrag.

Het verdrag legt de verdragspartijen verregaande verplichtingen op met betrekking tot de ontwikkeling van hun rechtsstaat en het publieke bestuur, zodat het zich beweegt in een staat waar wij graag zaken mee willen doen. Dit raakt de kern van de Nederlandse overtuiging, zoals in artikel 93 van onze grondwet is vastgelegd: “de bevordering van de internationale rechtsorde” moet door Nederland worden nagestreefd. Een veto hierop ligt ver van de democratische waarden die Nederland kent. Het devies van de tegenstanders om ‘nee’ te stemmen en daarmee de democratie te redden, lijkt dus passender te zijn bij de campagne vóór het samenwerkingsverdrag in plaats van tegen.

Corruptie gebruikt om tegen verdrag te ageren

Het hoge niveau van corruptie wordt door het nee-kamp gebruikt om tegen het samenwerkingsverdrag te ageren: “we moeten niet interveniëren in een land waar het niveau van corruptie zo hoog is.” De huidige, evidente mate van corruptie in Oekraïne is een erfenis van het wanbeleid van vroegere regeringen en het gebrek aan politieke wil om corruptie daadwerkelijk aan te pakken. Er is echter reden om aan te nemen dat de noodzakelijke politieke wil om corruptie te bestrijden wél aanwezig is bij de tegenwoordige regering van Oekraïne. Corruptiebestrijding kan nimmer snel genoeg gaan of voldoende omvattend zijn, maar de Oekraïense regering lijkt op een geloofwaardige wijze actief met het aannemen van wetten en het uitvoeren van anti-corruptiebeleid.

Politieke corruptie is verbonden met het oligarchensysteem en kan alleen systematisch worden doorbroken. Maidan was een opstand tegen deze corruptie en de politieke oligarchie. De blokkade van het associatieverdrag en het in stand houden van corruptie waren in de ogen van Maidan nauw met elkaar verbonden. Na Maidan zien we een mobilisatie van democratische veranderkrachten, vooral in de civil society. Er begint zich steeds meer een strijd tussen de groeiende democratie tegenover de oligarchische politiek af te tekenen. Na de laatste verkiezingen zien we meer democraten in het bestuur.

In 2015 nam het parlement een wet aan tegen politieke corruptie waarin is vastgelegd dat partijen vanuit de staat gefinancierd worden, zodat ze minder afhankelijk zijn van oligarchen. Ook werd een Nationaal Anti-Corruptie-Bureau ingesteld, welke al meerdere strafzaken ingeleid heeft tegen onder andere de bondgenoot van de eerste minister, de volksvertegenwoordiger Mykola Martynenko, die onder druk het parlement verliet. Een ander hoopgevend voorbeeld is de reorganisatie van het politiekorps waarbij corrupte agenten worden vervangen door jonge mensen, geworven via een hernieuwde selectieprocedure. Het nieuwe korps bestaat voor een derde uit vrouwelijke agenten. De vervanging van de politie wordt uitgevoerd met hulp van de EU en de VS.

Naast de politieke wil, heerst ook onder de Oekraïense burgers een sterk verlangen corruptie terug te dringen. Een recent opinieonderzoek in Oekraïne wees uit dat de bevolking de bestrijding van corruptie beschouwen als de op een na grootste prioriteit voor het land. De aanzienlijke aandacht voor corruptie wijst op een verschuiving in de anti-corruptienorm: corruptie wordt door het overgrote deel van de Oekraïners nu écht niet meer geduld.

Gebrek aan inleving en solidariteit met Oekraïners

Wat tot slot opvalt onder de tegenstanders is het gebrek aan inleving en solidariteit met Oekraïners die snakken naar hervorming en democratie. Heersend lijken superioriteitsgevoelens waarbij men neerkijkt op andere landen en hun volkeren en de wens uitspreekt hen de rug toe te keren. Waar komt die kille afstand vandaan tot een bevolking die in de hedendaagse geschiedenis zoveel heeft moeten doorstaan en thans de mogelijkheid op vooruitgang heeft?

Het verdrag dient als materiële, maar ook morele steun voor de democratische oppositie. Als zij worden gesteund, kan ook het vertrouwen van gewone Oekraïners in de politiek en hun eigen land toenemen. Daarnaast isoleert een negatieve attitude jegens het verdrag Nederland ten opzichte van de andere EU landen en beperkt het onze invloed in Europa en de wereld.

De implementatie van het associatieverdrag kan in het bijzonder een positieve rol spelen bij corruptiebestrijding in Oekraïne. Het bestaan van de corruptiekwestie in Oekraïne zou daarom juist een argument moeten zijn om het verdrag te steunen. Oekraïne vormt de oostelijke grens van de Europese waarden. Voor hervormingen in Oekraïne is er behoefte aan ondersteuning vanuit Europa door middel van inleving en solidariteit. Via de EU kan Nederland, gidsend in democratie en vrijheid, steun bieden aan de bevolking van Oekraïne die naar dezelfde waarden verlangen.

Opiniestuk van Lotte Rooijendijk, Communications & Project officer TI-NL