DEN HAAG, 25 november 2025 – Het Instituut voor de Publieke Economie heeft in opdracht van Stichting Weerbare Democratie een rapport over de kwetsbaarheden van rechtsstatelijke waakhonden in Nederland opgesteld. De onderzoekers namen 19 organisaties onder de loep die financieel voor 75% afhankelijk zijn van de overheid en analyseerde mogelijke kwetsbaarheden. De publicatie van het onderzoek was 12 november 2025 en Transparency International Nederland was aanwezig bij de lancering.
De onderzoekers hebben gekeken naar 19 organisaties die zij onderverdeeld hebben in drie categorieën: (1) de controlerende sfeer (zoals Algemene Rekenkamer, de Staten-Generaal en de Nationale Ombudsman); (2) de rechterlijke sfeer (zoals de Hoge Raad, de afdeling bestuursrecht van de Raad van State en de Raad voor de Rechtspraak); en (3) de informerende sfeer (zoals de NOS, het CBS en het CPB).
Het onderzoek
De resultaten van het onderzoek lopen uiteen. Waar sommige instituten goed scores op de mate van onafhankelijkheid, zoals de Algemene Rekenkamer, scoren andere organisaties juist zeer laag, zoals het Juridisch Loket. De onderzoekers hebben naar drie gebieden van autonomie gekeken:
- Juridische autonomie: Organisaties scoren hier het laagst als er geen wettelijke verankering is, krijgen de tweede score als er wel wettelijke verankering is van bestaan en/of taken en krijgen de hoogst mogelijk score als de organisatie is verankert in de grondwet of een verdrag.
- Organisationele autonomie: Organisaties scoren hier het laagst als ze zelf geringe invloed hebben op het benoemingsproces, de tweede score als er enige beperkingen zijn, en scoren het hoogst als er significante beperkingen zijn om vanuit de overheid het benoemingsproces te beïnvloeden.
- Financiële autonomie: Organisaties krijgen de laagste score als ze een begrotingspost hebben op een departementale begroting, de tweede score als ze een begrotingsartikel hebben op een departementale begroting en score het hoogst als ze een begrotingsartikel- of post op een niet departementale begroting hebben.
Op basis hiervan tonen de onderzoekers aan hoe de verschillende waakhonden scoren. De uiteenlopende resultaten kunnen het best worden weergegeven via de fiches die bij het onderzoek zijn bijgesloten. Deze geven een duidelijk beeld over welke waakhonden sterk onafhankelijk zijn en welke juist afhankelijker zijn van de overheid. Dit kan inzicht bieden in mogelijke zwakke plekken binnen de instituties van de Nederlandse democratie.
Zwakke plekken in onze rechtsstaat
In het algemeen scoren veel organisaties voldoende tot goed op juridische onafhankelijkheid. Wanneer men kijkt naar organisatie- en financiële onafhankelijkheid is het beeld echter minder positief. In het rapport concluderen de onderzoekers dat gebieden politieke invloed uitgeoefend kan worden door het korten van budgetten of door het benoemen van bestuurders.
Met name de beperkte onafhankelijke van enkele controlerende instanties, zoals de Rijksrecherche en het Huis voor Klokkenluiders zijn saillant in de strijd tegen corruptie. Beide organisaties genieten beperkte financiële onafhankelijkheid omdat zij een begrotingspost hebben op een departementale begroting. Zo valt het budget van de Rijksrecherche onder de begroting van het Openbaar Ministerie, die op haar beurt weer onder het ministerie van Justitie en Veiligheid valt.
In het begeleidende fiche van het rapport stellen de onderzoekers: “Het College van procureurs-generaal maakt voor de rijksrecherche minstens één keer per vier jaar een
beleidsplan en elk jaar een begroting. Deze plannen moeten worden goedgekeurd door de minister van Justitie en Veiligheid. Dit is vastgelegd in de Politiewet.” Door de wettelijke verankering zou drastische verlaging van het budget waarschijnlijk ingewikkeld zijn. Het rapport kwalificeert dit als de laagste vorm van financiële autonomie.
Conclusie
Tot slot bieden de onderzoekers een aantal andere mogelijk onderzoeksrichtingen aan. Buitenlandse invloeden, de rol van het parlement en het effect van maatschappelijke polarisatie kunnen in dit kader worden onderzocht. Ook is het van belang dat de rol van het maatschappelijk middenveld niet wordt onderschat als waakhonden voor de democratie. Kortom, dit rapport geeft inzicht in waar mogelijke zwaktes van de Nederlandse rechtsstaat schuilen en welke instituties het meest afhankelijk zijn van regering. Juist in een context waar de democratie onder druk staat is geeft dit belangrijke inzichten.
Wil jij TI-NL ondersteunen in haar strijd voor klokkenluiders bescherming, politieke integriteit en een samenleving vrij van corruptie? Word dan lid, of steun ons via een donatie:


