Corruptieschandaal in Indonesië

Lotte RooijendijkFeature, Internationaal, Media, News, Nieuws

Amsterdam, 12 januari 2016 – Aan het einde van 2015 werd Indonesië opgeschrikt door een omvangrijk omkoopschandaal waarbij de voorzitter van het nationaal parlement en het Amerikaanse mijnbouwbedrijf Freeport-McMoRan betrokken waren. In ruil voor aandelen in de exploitatie van koper- en goudmijnen in Indonesië zou de voorzitter van het parlement, Setya Novanto (foto boven), een nieuw exploitatiecontract toewijzen aan PT Freeport Indonesia, de Indonesische tak van het Amerikaanse bedrijf. Het schandaal wordt gezien als een van de grootste corruptiezaken in Indonesië.

De zaak kwam aan het rollen toen de Minister van Energie en Minerale Grondstoffen Sudirman Said een rapportage van omkoping indiende bij de Raad voor Ethiek. Als bewijs was een transcript van een opname bijgevoegd waarin de voorzitter van het parlement Novanto afspraken maakte met oliehandelaar Muhammad Reza Chalid en de president van Freeport Indonesia, Maroef Sjamsoeddin.

Novanto zou Sjamsoeddin hebben gevraagd om een aandeel van 20% in de exploitatie van de mijnen in Indonesië. Hij deed dit volgens het transcript namens de president en vice-president, maar zowel president Widodo als vice-president Kalla hebben alle betrokkenheid ontkend. In ruil zou hij het contract van het mijnbedrijf voor de exploitatie van de mijnen, dat in 2021 afloopt, tot 2041 verlengen. Voor Freeport was dit een lucratief aanbod: in 2014 verdiende het 2 miljard dollar aan koper en 1,4 miljard dollar aan goud uit Indonesische mijnen.

Het onderzoek

De Raad van Ethiek weigerde eerst een onderzoek in te stellen met als argument dat het geen autoriteit had om de zaak te behandelen. Vanwege de grote publieke verontwaardiging over de zaak besloot de Raad toch een onderzoek te openen. Inmiddels is Novanto verhoord achter gesloten deuren en zijn er publieke hoorzittingen geweest welke ook op televisie zijn uitgezonden.

Novanto heeft toegegeven dat de stem op de opnames waar de transcripten van zijn van hem is, maar gaf te kennen dat hij slechts een grapje maakte over de aandelen. Novanto heeft in de zittingen de schuld bij het bedrijf Freeport gelegd, een argument dat nog steeds door veel Indonesiërs wordt geaccepteerd.

Freeport_McMoRan

Uit het onderzoek van de Raad voor Ethiek blijkt verder dat Novanto en Reza meermaals Minister Luhut Panjaitan van Politieke Zaken, Justitie en Veiligheid zouden hebben genoemd als succesfactor voor de deal. Hij wordt gezien als de rechterhand van president Joko Widodo, waarmee dit schandaal wellicht nog een staartje krijgt.

Vooralsnog is er weinig bekend over zijn directe betrokkenheid en uit de transcripten blijkt dat Novanto Minister Panjaitan vooral gebruikte om zijn eigen status te benadrukken: “So many times when it comes to matters of the Parliament, we’re always a triangle, Luhut, the President and I,” zou Novanto hebben gezegd.

Uitspraak

Na de hoorzittingen kwam de Raad voor Ethiek tot de conclusie dat Novanto als voorzitter van het parlement de gedragscodes heeft geschonden. Vlak voor het uitspreken van dit vonnis besloot Novanto daarom zijn functie neer te leggen, waardoor de Raad de zaak officieel heeft moeten laten vallen: “This letter is the basis for us to immediately close the hearing because this is in line with the formulation of the verdict that would have been taken by the ethics committee,” stelde de Raad.

Wel blijft Novanto opvallend genoeg lid van het parlement. De openbaar aanklager moet nog een formele aanklacht tegen Novanto indienen, maar inmiddels is het onderzoek naar zijn handelen in volle gang. Of hij daadwerkelijk veroordeeld zal worden is de vraag, maar door de controverse is de roep om een transparant onderzoek groot. President Widodo heeft dan ook uitgesproken een transparant onderzoek te verwachten.

Hardnekkig corruptieprobleem

Het schandaal is tekenend voor de corruptiesituatie in Indonesië. In 2014 gaf 82% van de burgers te kennen corruptie als een groot probleem te zien en 71% van de ondervraagden was van mening dat de situatie achteruit was gegaan. In een recente survey met 40.000 ondervraagden gaf zelfs 94% van de ondervraagden aan corruptie te zien als het grootste probleem voor Indonesië te zien.

In 2014 kwam president Widodo aan de macht met onder andere beloftes om corruptie te bestrijden, maar tot op heden heeft de president moeite om corruptie binnen machtige overheidstakken zoals de politie uit te roeien. Toch zijn er wel enkele kleine stappen gezet, zoals het creëren van een online loket voor overheidsaanbestedingen en het instellen van anti-corruptietrainingen binnen defensie.

Helaas heeft Widodo te maken met machtige conservatieve oligarchen en zelfzuchtige politici. Naar aanleiding van de corruptiezaak ontstond debat binnen het parlement over de competenties van de Corruption Eradication Commission (KPK), het overheidsorgaan verantwoordelijk voor het aanpakken van corruptie. Opmerkelijk genoeg ging het debat in het parlement juist over het inperken van de macht van de KPK: er wordt momenteel gewerkt aan een wetsvoorstel dat de competenties van de KPK sterk zou inperken. Volgens de politici is het huidig mandaat van de KPK te breed en zit het daarmee in het vaarwater van andere overheidsorganen. Met de nieuwe wet zou de KPK onder andere toestemming moeten vragen om telefoongesprekken te mogen afluisteren, waarmee effectief onderzoek bemoeilijkt wordt.

KPK

Duidelijk is dat de KPK geen populariteit geniet onder de politici in het parlement. Daarentegen wordt de KPK door veel Indonesiërs gezien als het meest betrouwbare instituut dat het land heeft. Deze tegenstelling uit zich ook in het vertrouwen dat de burgers hebben in hun volksvertegenwoordiging: het parlement wordt gezien als het meest corrupte overheidsorgaan van het land. President Widodo zal dus heel wat in het werk moeten stellen om het hardnekkige corruptieprobleem in zijn land effectief te bestrijden. Het brede mandaat van de KPK is hierbij cruciaal. Hopelijk zal dit mandaat behouden blijven en zal Novanto worden vervolgd voor zijn corrupte handelen.