rechtsstaat

In Spanje zijn sommigen meer gelijk dan anderen in de ogen van de wet

Lotte RooijendijkAlgemeen

Amsterdam, 5 mei 2017 – George Orwell schreef in zijn befaamde boek Animal Farm (1945) “Iedereen is gelijk, maar sommigen zijn meer gelijk dan anderen”. Zoals men weet is dit werk een fabel waarin de auteur poogt totalitaire regimes te parodiëren. Vandaag de dag bestaan deze regimes ogenschijnlijk niet meer in het huidige Europa dat democratie veronderstelt. Echter, in Spanje lijkt het erop dat sommige mensen nog steeds meer gelijk zijn dan anderen, althans in de ogen van de wet.

In de afgelopen jaren stond in het bijzonder een schandaal van publieke corruptie en verduistering van publieke middelen, bekend als de Noös-zaak, in het middelpunt van de belangstelling in Spanje, vooral vanwege de publieke impact van de zaak. Niet dat corruptie iets nieuws is in het land, maar deze keer werden in aanvulling op de politici die stonden te popelen hun bankrekeningen vet te mesten, ook twee leden van de Spaanse koninklijke familie verdacht van betrokkenheid bij het schandaal. Prinses Cristina, de jongere zus van de Felipe VI, de koning van Spanje en Inaki Urdangarin, haar man. De Spaanse media spreken van een historisch proces. Het was voor het eerst in de historie dat een lid van de koninklijke familie terecht stond. Het feit dat ook deze twee personages op het beklaagdenbankje zijn komen te zitten, gaf voor het eerst een signaal aan de Spaanse samenleving dat er iets aan het veranderen was, dat de eerder alom heersende straffeloosheid voor de corrupten leek te verdwijnen en dat we eindelijk allemaal gelijk zijn voor de wet. Echter bleken dit valse verwachtingen.

De Noös-zaak

De Noös-zaak heeft haar naam te danken aan het gelijknamige instituut Noös, in handen van Inaki Urdangarin, de echtgenoot van prinses Cristina, samen met zijn voormalige zakenpartner Diego Torres tussen 2003 en 2007. Dit instituut werd opgericht als non-profit organisatie, echter werd het gebruikt om regeringen te overtuigen overheidsopdrachten te ondertekenen, om zo budgetten op te blazen bedoeld voor openbare werken die in veel gevallen niet eens werden gerealiseerd. Het instituut Noös voerde zogenaamd vooral activiteiten uit in twee gemeenschappen, beiden bestuurd door de huidige centrale politieke partij Partido Popular (PP), de Balearen en Valencia. Er wordt geschat dat het bedrag aan gestolen overheidsgeld meer dan 7 miljoen euro bedraagt voor fictieve projecten die nooit zijn uitgevoerd. Andere particuliere instellingen, waaronder ook voetbalclubs, gaven grote sommen geld aan deze organisatie met de bedoeling deze gelden wit te wassen en het Ministerie van Financiën op te lichten.

De zaak Palma Arena

De Noös-zaak is een lopende zaak van politieke corruptie in Spanje die begon in 2010 en voortkwam uit een andere grootschalige corruptiezaak, de zaak Palma Arena, waarbij met zo’n 50 miljoen euro aan publiek geld werd gefraudeerd bij de bouw van een sportcentrum in Palma de Mallorca. In januari 2014 vond magistraat Jose Castro voldoende aanleiding om een aparte zaak te openen op grond van verduistering van publieke middelen en frauduleuze administratie. Onder de verdachten bevonden zich wederom Prinses Cristina en haar echtgenoot Inaki Urdangarin. Maar Spanje is Spanje en zal Spanje zijn.

Het volk was verrast en hoopvol te zien dat de high society als twee gewone misdadigers op de strafbank kwamen te zitten. Op 17 februari 2017 deed de rechter dan eindelijk uitspraak over deze zaak en bevond Prinses Cristina onschuldig. Ze werd vrijgesproken van alle beschuldigingen en ontving geen straf voor het helpen van haar man bij verduistering en belastingontduiking. Hoewel zij geen celstraf heeft gekregen, moet Cristina wel een schadevergoeding van €265.000 betalen. Haar echtgenoot Urdangarin werd wel veroordeeld tot een celstraf van zes jaar en drie maanden voor verduistering, valsheid in geschrifte en witwassen. Maar hij verblijft momenteel met zijn familie in Zwitserland en niets doet ons denken dat we hem achter de tralies zullen zien.

Helaas vindt Orwell’s schrijven in Spanje vandaag de dag nog steeds realiteit: sommigen zijn meer gelijk dan anderen, althans voor de wet. De zaak tegen Alejandro Fernández, een jonge man uit Granada, die op 7 juni 2016 voor 6 jaar en 3 maanden de gevangenis in verdween, omdat hij €79,20 afrekende met een vals pinpas in een supermarkt, bewijst dat. De wet is de wet, maar in Spanje is die duidelijk niet voor iedereen hetzelfde.

Door Pedro Ballesteros Garcia, correspondent Spanje