bestuursleden

Sint-Maarten met nieuwe anti-corruptiewet wél recht op Nederlands hulpgeld

Lotte RooijendijkAlgemeen, Corruptie, Feature, Integriteit, Internationaal, News, Nieuws, Open Overheid, Wetgeving

Amsterdam 19 december, 2017 – Met de aanname van de anti-corruptiewet afgelopen woensdag heeft Sint-Maarten een belangrijke stap richting meer transparantie gezet. De wet was een harde voorwaarde voor het vrijmaken van 550 miljoen euro aan hulpgeld van Nederland. Het geld is bedoeld voor de wederopbouw van het Caribische gebied na de verwoestende orkaan Irma.

De wet gaat over de installatie van een zogeheten integriteitskamer, waarover al bijna twee jaar lang wordt gesproken met Sint-Maarten. De wet gaat over de installatie van een zogeheten Integriteitskamer. Dat was een voorwaarde van Nederland voor de hulp, omdat een dergelijk orgaan mogelijke corruptie kan opsporen binnen de overheid. Volgens Den Haag is dat een garantie dat het geld voor de wederopbouw niet in verkeerde zakken verdwijnt.

Waar de integriteitskamer eerder noodzakelijk werd geacht door voormalig minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Ronald Plasterk, voor het aanpakken van bestuurlijke corruptie, dient de kamer nu als harde eis voor het vrijmaken van 550 miljoen euro aan Nederlandse hulpgelden. Op deze manier zegt Nederland een garantie te hebben dat het geld niet in verkeerde handen zal vallen. Direct krijgt Sint Maarten het geld echter niet te zien, de transactie zal via de Wereldbank geschieden.

Nu de anti-corruptiewet is aangenomen door het vijftienkoppige parlement met ruim twee-derde vóór en een-derde tegen, zou de lokale ombudsman nog kunnen besluiten de wet voor te leggen aan het constitutioneel hof. Doet hij dat niet, dan kan de wet in werking treden.

Discussie rondom anti-corruptiewet

Er ontstond veel discussie rondom het wetsvoorstel en de daaropvolgende aanname daarvan. Waar voorstanders spraken van “een belangrijke stap om aan de slag te gaan met de wederopbouw van Sint-Maarten en inwoners te helpen met het opnieuw opbouwen van hun bestaan”, spraken tegenstanders in het parlement van “een hele trieste dag voor het land”. Volgens deze voorgenoemde groep zouden voorstanders zich hebben laten overhalen hun eigen idealen en de autonomie van het eiland op te geven in ruil voor een zak met geld uit Nederland, zo meldt de Volkskrant. Ex-premier William Marlin zou ook tot deze groep behoren. Hij verloor echter de steun van het parlement en de Rijksministerraad, waarin het Nederlandse kabinet en de gevolmachtigde ministers van Aruba, Curaçao en Sint Maarten zijn vertegenwoordigd, eiste in november zijn aftreden. De gouverneur van Sint Maarten heeft opdracht gegeven te onderzoeken of een interim-regering kan worden gevormd, in afwachting van de voor 26 februari uitgeschreven verkiezingen.

Broodnodig blijkt het wel

Tegenstanders of niet, de wet blijkt broodnodig te zijn. Zo is het nog geen dag oud of er is al een oud-parlementariër veroordeeld wegens omkoping. Patrick Illidge kreeg 16 maanden gevangenisstraf, waarvan 10 maanden voorwaardelijk. Tevens mag Illidge vijf jaar lang geen publieke functie vervullen en heeft hij zijn passieve kiesrecht verloren. Hij is dus uitgesloten voor de verkiezingen op Sint Maarten in februari.

In 2013 verscheen een video-opname van Illidge in club Bada Bing op Sint-Maarten. Daarop was te zien hoe de politicus geld aannam van de Nederlandse nachtclubeigenaar Jaap van den Heuvel. Het geld was bestemd voor het verkrijgen van een vergunning voor danseressen.

Integriteitskamer alleen niet voldoende

De integriteitskamer was niet de enige voorwaarde voor het verkrijgen van financiële hulpverlening van Nederland. Staatssecretaris Raymond Knops (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) zei vorige maand dat ook de grenscontrole op Sint-Maarten op orde moet zijn voordat het hulpgeld wordt overgemaakt, daar Sint-Maarten veel niet-geregistreerde migranten aantrekt. Als bijdrage aan een oplossing wil Nederland extra marechaussees op het eiland inzetten om de grenzen strenger te controleren.